-
Je hebt nog geen producten in je winkelwagen.
Als je aan het werk wilt waar (nog) geen stroomvoorziening aanwezig is, is een aggregaat de ultieme oplossing om toch over een degelijke stroomvoorziening te beschikken. Als dealer van de generatoren van Europower zijn wij de ideale partner om in jouw behoefte te kunnen voorzien. Om antwoord te kunnen geven op al veelgestelde vragen, hebben wij hier de veelgestelde vragen over een stroomaggregaat voor je verzameld.
De keuze voor een generator 1-fase voor netstroom (230 volt) of een stroomaggregaat 3-fasen voor krachtstroom (400 volt) is afhankelijk van het soort belasting dat je op het aggregaat aan wilt gaan sluiten. Heb je uitsluitend lichtnettoepassingen, dan is het natuurlijk een duidelijke zaak: een monofase-generator is dan afdoende. Deze alternator heeft dan ook maar één wikkeling.
Een driefasig aggregaat wordt echter uitsluitend aangeraden indien je te maken hebt met krachtstroomtoepassingen. Het is dan ook absoluut niet verstandig om een generator voor krachtstroom enkel en alleen in te zetten voor 230 volt. Bij een krachtstroomaggregaat wordt gebruikgemaakt van drie wikkelingen (spoelen) die op twee manieren kunnen worden aangesloten.
De driefasige generator kan zowel in een ster als in een driehoek worden geschakeld. Het verschil hierbij ligt in de aansluiting van de wikkelingen. Indien het aggregaat in een ster is geschakeld, spreken we over twee spanningen: de fasespanning (UF = 230V) en de lijnspanning (UL = 400V). We kunnen zeggen dat UL = √3*UF en IL = IF. Bij driehoekschakeling is de lijnspanning UL = de fasespanning UF en de IL = √3*IF.
Een sterschakeling heeft vijf draden waarvan drie fasedraden, één nulgeleider (ook wel neuter) vertrekkend van het sterpunt en één aardingsdraad. Een driehoekschakeling heeft géén nulgeleider of neuter.
Let op: Als je het monofasig stopcontact van een driefasig stroomaggregaat gebruikt, dan mag je dit maximaal met ⅓ van het totaal vermogen belasten, tenzij het anders staat vermeld. Voorbeeld: als een 3-fasig stroomaggregaat een vermogen heeft van 6 kVA, dan kan één wikkeling 2 kVA leveren.
Zoals hierboven al aangegeven, beschikt een puur lichtnetaggregaat over slechts 1 wikkeling. Deze wikkeling gaat dan ook alle belastingen op zich nemen. Qua beveiligingen hebben we een paar opties. We moeten hier een onderscheid gaan maken tussen machine-beveiligingen en persoonsbeveiligingen:
Als je een 3-fasige generator hebt, dan wordt het ampèrage over alle drie de fasen separaat verdeeld. Zorg er daarom dus voor dat je je apparaten en machines aansluit op verschillende contactdozen. Dit voorkomt namelijk dat het aggregaat scheef gaat lopen.
Zoals je hierboven vast al hebt gelezen, mag een krachtstroomgenerator niet worden gebruikt voor alleen maar 230 volt. Wil je toch graag gebruik gaan maken van lichtnettoepassingen, dan staat het je uiteraard volledig vrij om een verdeelkast op het driefasige aggregaat. Zo kan de stroom uitstekend worden verdeeld over meerdere contactdozen.
Als jij van plan bent een aggregaat te gaan aanschaffen, dan moet je voor jezelf even antwoord geven op de volgende tien vragen:
Om het vermogen van een stroomaggregaat aan te geven, maken wij onderscheid tussen het actief vermogen (dat wordt aangegeven in het aantal watt [W]) en het schijnbaar vermogen (in voltampère [VA]). Om nu de stroomsterkte (in ampère [A)) om te zetten in beide vermogens, dien je de spanning van het net te kennen. Omdat wij hier in Europa 230 volt op het lichtnet hebben en 400 volt op het krachtstroomnet, vind je in onderstaande tabel uitsluitend deze gegevens.
Ampère [A] | Lichtnet | 230 volt | Krachtstroom | 400 volt |
PMonofasig [W] | SMonofasig [VA] | PDriefasig [W] | SDriefasig [VA] | |
0,1 | 18,4 | 23 | 55,43 | 69,28 |
0,25 | 46 | 57,5 | 138,56 | 173,21 |
0,5 | 92 | 115 | 277,13 | 346,41 |
0,75 | 138 | 172,5 | 415,69 | 519,62 |
1,0 | 184 | 230 | 554,26 | 692,82 |
1,25 | 230 | 287,5 | 692,82 | 866,03 |
1,5 | 276 | 345 | 831,38 | 1039,23 |
1,75 | 322 | 402,5 | 969,95 | 1212,44 |
2,0 | 368 | 460 | 1108,51 | 1385,64 |
2,25 | 414 | 517,5 | 1247,08 | 1558,85 |
2,5 | 460 | 575 | 1385,64 | 1732,05 |
2,75 | 506 | 632,5 | 1524,20 | 1905,26 |
3,0 | 552 | 690 | 1662,77 | 2078,46 |
3,25 | 598 | 747,5 | 1801,33 | 2251,67 |
3,5 | 644 | 805 | 1939,90 | 2424,87 |
3,75 | 690 | 862,5 | 2078,46 | 2598,08 |
4,0 | 736 | 920 | 2217,02 | 2771,28 |
Om een optimale levensduur van je generator te kunnen garanderen, spreken wij over de ideale belasting van een stroomaggregaat. Van de ideale belasting van een generator is sprake als we deze voor 75 procent belasting. De ideale belasting zal zowel de levensduur als het verbruik van het aggregaat ten goede komen. Zeker als je je strikt houdt aan de onderhoudsvoorwaarden.
Het geluidsvermogen laat zich vrij gemakkelijk omrekenen. Maak hiervoor gebruik van onderstaande tabel:
Geluidsvermogen |
Theoretisch gemiddeld geluidsdrukniveau dB(A) |
|||||||||
LWA | 1m | 3m | 4m | 5m | 7m | 8m | 9m | 15m | 16m | 30.5m |
80 | 72 | 62.5 | 60 | 58 | 55.1 | 54 | 53 | 48.5 | 47.9 | 42.3 |
85 | 77 | 67.5 | 65 | 63 | 60.1 | 59 | 58 | 53.5 | 52.9 | 47.3 |
90 | 82 | 72.5 | 70 | 68 | 65.1 | 64 | 63 | 58.5 | 57.9 | 52.3 |
95 | 87 | 77.5 | 75 | 73 | 70.1 | 69 | 68 | 63.5 | 62.9 | 57.3 |
100 | 92 | 82.5 | 80 | 78 | 75.1 | 74 | 73 | 68.5 | 67.9 | 62.3 |
105 | 97 | 87.5 | 85 | 83 | 80.1 | 79 | 78 | 73.5 | 72.9 | 67.3 |
110 | 102 | 92.5 | 90 | 88 | 85.1 | 84 | 83 | 78.5 | 77.9 | 72.3 |
115 | 107 | 97.5 | 95 | 93 | 90.1 | 89 | 88 | 83.5 | 82.9 | 77.3 |
120 | 112 | 102.5 | 100 | 98 | 95.1 | 94 | 93 | 88.5 | 87.9 | 82.3 |
reductie | 8 | 17.5 | 20 | 22 | 24.9 | 26 | 27 | 31.5 | 32.1 | 37.7 |
NB: LWA95 komt overeen met 70 dB(A) op een afstand van 7 meter van de geluidsbron. 72 dB(A) op een afstand van 7 meter van de geluidsbron komt overeen met LWA97.
Deze toepassing wordt gebruikt bij monofasige alternatoren.
De motor van de generator zorgt voor de aandrijving van de alternator en laat de rotor draaien. De rotor is remanent gemagnetiseerd. Hierdoor wordt er een draaiveld gecreëerd. De condensator zorgt er vervolgens voor dat er stroom (die 90° na-ijlt t.o.v. de geïnduceerde spanning) door de hulpwikkeling van de stator gaat. De stroom zal ervoor zorgen dat er spanning in de hoofdwikkeling van de rotor ontstaat en er onmiddellijk gelijkstroom gelijkgericht wordt dankzij de roterende dioden.
De gelijkstroom in de rotor zorgt voor het draaiveld en voor de opwekking van spanning in de statorwikkelingen. Wanneer het aggregaat wordt belast, ontstaat er een omgekeerd magnetisch veld in de stator dat door de hulpwikkeling van de rotor wordt opgevangen. De geproduceerde spanning in de hulpwikkeling van de rotor wordt gelijkgericht door de meedraaiende diode. Die spanning versterkt de gelijkstroom van de hoofdwikkeling van de rotor. De combinatie van de twee gelijkstromen heet het ‘compound effect’. Hierdoor kan de alternator belastingen opstarten met een hoge opstartstroom.
Dit kun je het beste nameten met een multimeter. Dit apparaat heeft namelijk een functie om de capaciteit te meten. De gemeten capaciteit mag niet meer dan 5 procent afwijken van de condensatorwaarde.
Wanneer je een probleem ondervindt met je door een condensator bekrachtigde alternator, kun je met behulp van deze onderstaande tabel je storing oplossen:
STORING | ACTIE | EFFECT | OORZAAK/CONTROLE |
Geen spanning bij nullast tijdens het opstarten | Sluit 6V DC aan op een van de condensatoren gedurende 1 seconde | Het stroomaggregaat bouwt spanning op en de spanning blijft aanwezig, ook wanneer de batterij wordt weggehaald | Te weinig remanent magnetisme. Controleer de condensatorspanning (10 à 15V op de hulpwikkeling wanneer de condensator niet is aangesloten) |
Het stroomaggregaat bouwt spanning op, maar de spanning is te laag wanneer de batterij wordt weggehaald | Controleer of er geen onderbreking is in een van de condensatorcircuits | ||
Het stroomaggregaat bouwt spanning op, maar de spanning verdwijnt wanneer de batterij wordt weggehaald | Diodes zijn defect Te lage spanning |
||
Spanning te laag | Controleer de snelheid | Juiste snelheid | Onderbreking van de hulpwikkeling van de stator Draaiende diode (gelijkrichter) is verbrand Kortsluiting in de hoofdwikkeling van de rotor, controleer de weerstandswaarde |
Snelheid te laag | Verhoog de snelheid | ||
Spanning te hoog | Verlaag de snelheid | Snelheid te hoog | |
Spanning correct bij nullast maar te laag bij belasting | Snelheid te laag bij belasting Controleer de snelheid Motor overbelast Kortsluiting in de hulpwikkeling van de rotor Controleer de weerstandswaarde |
Een aggregaat is te bestellen met luchtgekoelde of een vloeistofgekoelde motor. Luchtkoeling is veel goedkoper, omdat de motor hiervan lichter is samengesteld. Een luchtgekoeld systeem komt dan ook vaak voor met een geforceerde koeling (een ventilator), omdat er veel lucht nodig is om de motor te koelen. Een generator is echter een stationair apparaat dat geen rijwindkoeling krijgt (Zoals een motor of brommer die wel krijgt).
Bij een water- of vloeistofgekoelde motor wordt de vloeistof langs de motor heen gepompt. Uiteindelijk komt de vloeistof in een unit met een groot koeloppervlak (de radiator) aan, zodat het kan worden afgekoeld. Dit is een cyclus die zich telkens opnieuw herhaalt.
Omdat de soortelijke warmte van water groter is dan die van lucht, is vloeistofkoeling in de meeste gevallen effectiever dan luchtkoeling. Een nadeel van een watergekoelde motor is echter dat indien er in de vloeistofleidingen een lek ontstaat, er kortsluiting kan ontstaan in de alternator of in het elektrisch gedeelte van het aggregaat. Een ander nadeel van watergekoelde generatoren is dat we hier te maken hebben met een grote, zware en ingewikkelde installatie. Bij luchtkoeling is er immers meestal enkel een ventilator. Een voordeel van aggregaat met een vloeistofgekoelde motor is dat de motor een stuk stiller is, omdat water een geluidsisolerende functie heeft.
In ons assortiment generatoren van het merk Europower kun je kiezen tussen een stroomaggregaat met een motor die 3.000 tpm levert en een met een motor van 1500 tpm. Maar wat is nu het verschil in levensduur tussen die twee aggregaten?
Als je op zoek bent naar een mobiele stroomvoorziening voor op de lange termijn, dan kun je het beste een watergekoelde generator nemen met een 1500 tpm-motor.
Net als ieder apparaat met een verbrandingsmotor, heeft een aggregaat eveneens regelmatig onderhoud nodig. Zo zal je regelmatig de motorolie en filters moeten vervangen. Om ook jouw generator regelmatig een goede onderhoudsbeurt te geven, hebben wij een handig stappenplan opgesteld. De uitgebreide blog over het onderhoud van jouw stroomaggregaat vind je hier: 7 stappen om de levensduur van je aggregaat te verlengen
Heb je een vraag over een product? Neem dan contact met ons op via onze chat, ons contactformulier of bel 088 - 13 43 600