Als je een bouwwateraansluiting wilt gaan aanleggen, dan zul je je moeten houden aan een aantal belangrijke richtlijnen. Maar wat zijn deze richtlijnen nu precies, en welke bouwwaterput dien je hiervoor aan te schaffen? In dit blogartikel lees je het juiste antwoord!
Bouwwatermeterput opnemen in het ontwerp van de bouwlocatie
Op de bouwplaats is een goede watervoorziening natuurlijk een must. Als je bezig bent met het inrichten van het bouwterrein en is hierop leidingwater gewenst, dan dien je vooraf contact op te nemen met het waterleidingbedrijf dat in de regio van de bouwlocatie actief is. Dit is nodig voor onder andere het vaststellen van de plaats van de aansluiting en de gewenste volumestroom. Bovendien is de waterleidingmaatschappij het aanspreekpunt voor het verkrijgen van eventuele aanvullende voorschriften.
Bouwwaterput moet voldoen aan strenge eisen
De bouwwatermeterput uit ons assortiment die verreweg het meest wordt gekocht, is het standaard model waterput met sleuven. Deze is uitsluitend toegestaan voor een tijdelijke watervoorziening op bouwlocaties en andere tijdelijke locaties. Een bouwwaterput moet te allen tijde zo zijn aangebracht, dat deze niet kan verzakken in de bodem of juist omhoog kan worden gedrukt. Bovendien moeten de bereikbaarheid en de toegankelijkheid zijn gewaarborgd.
Onze doorontwikkelde bouwwaterput is zo geconstrueerd, dat deze zeer gemakkelijk is te verplaatsen. Zo zijn de bouwwatermeterputten stuk voor stuk uitgevoerd met vier hijsogen. Hierdoor kun je de watermeterput gemakkelijk hijsen met behulp van een hijskraan. Bovendien zijn onze bouwwaterputten voorzien van sleuven. Op deze manier is de waterput ook nog eens gemakkelijk te transporteren met een palletwagen of een heftruck.
De constructie van de watermeterput
In ons online assortiment kun je een keuze maken uit verschillende modellen bouwwatermeterputten. Het standaard model, een waterput die nagenoeg kubusvormig is, is geschikt voor watermeters met een nominale volumestroom van Qn 1,5 (1,5 m3/h) en Qn 2,5 (2,5 m3/h). Voor watermeters met een wat groter kaliber – bijvoorbeeld in het geval van hoogbouw – is de bouwwaterput XXL meer geschikt. Om deze te mogen aansluiten, is vooraf overleg met het waterleidingbedrijf vereist.
De bouwwatermeterput voor de opstelling van een tijdelijke meetinstallatie dient een afsluitbare kist te zijn met de volgende minimumafmetingen: een lengte van 90 cm, een breedte van 75 cm en een hoogte van 80 cm. De put zelf mag van verschillende materialen zijn gemaakt. Het toe te passen materiaal mag bestaan uit metaal (verzinkt), kunststof of betonplex die een dikte heeft van minimaal 20 mm. Staal of kunststof is uitsluitend toegestaan indien er rekening wordt gehouden met de vervormbaarheid (het vastzitten van het tussendeksel) en men er zorg voor draagt dat de waterput goed is geïsoleerd. Dit om bevriezing van de watermeter tijdens koude winterdagen uit te sluiten.
Het mag natuurlijk voor zich spreken dat alle bouwwaterputten in ons assortiment aan al deze eisen voldoen. Zo meet onze standaard bouwwatermeterput minimaal 90 bij 90 cm bij een hoogte van 115 cm. Bovendien zijn onze waterputten vervaardigd uit verzinkt staal en zijn ze uitgevoerd met een afsluitbaar deksel. Uiteraard zijn deze bouwwatermeterputten stuk voor stuk volledig geïsoleerd tegen vorstschade.
Het buitendeksel van de bouwwaterput
Het buitendeksel van de bouwwatermeterput moet eveneens aan tal van eisen voldoen. Zo dient het buitendeksel waterdicht en toegankelijk te zijn. Bovendien moet de put tijdens de gehele bouw kunnen worden afgesloten. Het toe te passen slot moet vooraf worden goedgekeurd door het waterleidingbedrijf. Het is verder zeer belangrijk dat de tappunten van het bouwwater niet boven of in de bouwwaterput worden geplaatst.
Het binnendeksel van de bouwmeterput
Het binnendeksel van de tijdelijke waterput dient in twee delen te zijn uitgevoerd, bereikbaar te zijn en moet zijn uitgevoerd met handgrepen. Beide delen moeten aan de onderzijde worden geïsoleerd. De toe te passen materialen dienen een minimale warmteweerstand te hebben van 1,3 m2 K/W (bijv. 40 mm polystyreen). Uiteraard voldoen de watermeterputten in ons assortiment allemaal ruimschoots aan deze eisen.
Standleidingen en bouwwaterleidingen
Niet alleen de bouwwaterput zelf dient aan tal van eisen te doen, de ondergrondse waterleiding moeten eveneens aan enkele eisen te voldoen. Zo dienen bouwwaterleidingen te worden aangelegd op een diepte van maar liefst 80 cm onder het maaiveld. De plaats van deze waterleiding moet zo zijn gesitueerd, dat deze voor het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden goed te bereiken is. Het is overigens verboden om leidingen aan te leggen in verontreinigde grond, waardoor leidingen en/of verbindingen kunnen worden aangetast of de kwaliteit van het drinkwater wordt beïnvloed.
Je tijdelijke waterleidingnet kan naar hartenlust worden uitgebreid met de plaatsing van een of meerdere standleidingen. De tappunten van deze standpijpen moeten minimaal 70 cm boven het maaiveld worden aangebracht en zijn voorzien van tapkranen met een beluchter. Wil je gebruikmaken van de standleidingen in de periode van 1 november tot 1 mei, dan dienen de standleidingen voldoende te zijn geïsoleerd tegen vorstschade. Bovendien moeten de kranen kunnen worden afgetapt. Bij de standpijpen in ons assortiment hoef je gelukkig niet meer zelf te denken om afdoende isolatie. Deze beschikken namelijk al over voldoende isolatie.
Bouwwaterput: alle maten en afmetingen:
Alle bouwwaterputten bekijken ►
